BMX-Tricks Leren
Begin met drie fundamentals die al je andere tricks makkelijker maken: Trackstand, Manual en Bunny hop. Kort, duidelijk en mobielvriendelijk. Eerst controle, dan stijl en hoogte.
Trackstand
Stilstaan zonder voet aan de grond. Perfect voor balans, precieze aanrijlijnen en controle bij lage snelheid.
Wat heb je nodig
- Vlak asfalt of een mini-helling (een oprit is ideaal)
- Bandenspanning passend bij je stijl (street vaak 3,5–5 bar)
- Optioneel: werkende achterrem voor noodgevallen
Techniek stap voor stap
- Het doel is ontspannen in balans boven de fiets te staan. Laat de fiets onder je bewegen.
- Rijd stapvoets en kijk vooruit. Zet je pedalen bijna horizontaal.
- Zorg dat je sterke been voor staat.
- Zet je voorwiel licht schuin (5–15°) om tegendruk te creëren.
- Gebruik je voorrem om te voorkomen dat je wegrolt.
- Balans met microbewegingen: heel klein vooruit of achteruit rollen door druk van je voorste voet te variëren.
- Houd je heupen boven het bracket, schouders ontspannen en ellebogen licht gebogen.
- Let op: je bovenlichaam is het zwaarste deel. Als je schouders te ver naar links/rechts vallen, verlies je balans.
- Vind je balanspunt zodat je met minimale inspanning kunt blijven staan.
Drills
- Stop → door: rijd traag → 2 sec trackstand → verder rijden
- Switch-foot: wissel van voorkeurs voet en balanseer 5 sec en rijd door.
- Kleine cirkel: houd je voorband in een getekende cirkel
Veelgemaakte fouten
- Te recht stuur: zet het iets schuin voor meer controle
- Starre armen: ontspan; op het moment dat je in je stuur aan het knijpen bent, ben je te gespannen.
- Naar beneden kijken: focus 1–2 meter vooruit
Tip: Adem rustig, tel 3 → 5 → 10 seconden stilstand. Dreig je om te vallen? Rij rustig door zonder je voeten neer te zetten.
Manual
Wil je strakke, lange manuals zonder paniek achterover? Eerst veilig leren afstappen, daarna het balanspunt fixen. Samen met Rick Koekoek laten we je zien hoe je dit onder de knie krijgt.
Wat heb je nodig
- Vlakke ondergrond of licht aflopende lijn
- Goede bandenspanning (3,5–5 bar voor street; iets hoger voor park)
- Optioneel: achterrem om balanspunt te corrigeren
Techniek stap voor stap
- Vertrouwen opbouwen: bovenlichaam naar voren (core aanspannen, rug recht, armen/knieën licht gebogen), dan in één soepele beweging naar achter. Spring gecontroleerd achter de fiets af. Doel: weten dat je altijd veilig kunt afstappen.
- Aanloop: neem langzaam snelheid en herhaal de beweging rijdend. Optioneel: kleine pedal kick om het voorwiel te liften.
- Eerste manual: zelfde beweging, maar nu blijf je staan. Vind je balanspunt. Te ver naar achter? Tik kort de achterrem om het voorwiel terug te brengen naar beneden.
- Benen licht gebogen: strek niet volledig; anders duw je het voorwiel terug omlaag.
- Ideale positie: ±90° houding: core gespannen, heupen boven het achterwiel, rug recht, armen bijna gestrekt.
- Veelgemaakte fout: aan het einde volledig strekken van de benen → voorwiel valt terug. Blijf laag en gebogen door je knieën zitten.
- Micro-correcties: subtiel soms iets strekken of dieper zitten door je knieën om het voorwiel hoog te houden.
Drills
- Achteruit afstappen: meerdere keren gecontroleerd oefenen
- Korte stukjes: eerst 1–2 m manuals; dan opbouwen
- Rem doseren: achterrem kort intrekken om het voorwiel weer naar de grond te krijgen om balans langer vast te houden
Veelgemaakte fouten
- Te langzaam: zonder basis-snelheid wordt het instabiel
- Benen volledig strekken: voorwiel valt terug naar beneden
- Geen core-spanning: losse houding = onstabiel
Tip: snelheid is je vriend. Begin rustig, vertrouw erop dat je altijd kunt afstappen, en voeg daarna pas de snelheid en afstand toe.
Bunny hop
BMX How To Bunny Hop met Rick Koekoek.
Een uitdagende techniek; heb je ‘m, dan gaan er veel nieuwe lijnen open in park en street. Wereldrecordhouder Rick Koekoek laat zien hoe je met je BMX kunt “vliegen” zonder schans.
Wat heb je nodig
- Een BMX met goed afgestelde banden en remmen
- Vlak terrein of een lichte helling om te oefenen
- Bescherming (helm en handschoenen aanbevolen)
Techniek stap voor stap
- Voorwiel = hoogte: hoe hoger je voorwiel, hoe hoger de sprong. Leer eerst de manual.
- Voeten blijven op de pedalen: tenen licht omlaag; veer in met armen/benen, kom met je bovenlichaam boven het stuur en “scoop” je voeten naar achter/omhoog (geen rem).
- Aanloop: neem iets sneller dan looppas snelheid; zak in alsof je een box jump maakt.
- Voorwiel liften: zoals bij een manual; trek het stuur richting je heupen. Strek je lichaam uit recht omhoog.
- Achterwiel omhoog: duw het stuur horizontaal naar voren en “scoop” gelijktijdig met je voeten naar achteren (tenen naar beneden); knieën optrekken.
- Landing: vang de impact op door in te veren met armen en benen.
Drills
- Mini-hops: lage sprongen voor timing
- Manual → hop: combineer manual-beweging met kleine sprong
- Box-jump simulatie: spring zonder fiets op een box — vertaal het gevoel naar de fiets
Veelgemaakte fouten
- Voorwiel te laag: dan komt het achterwiel niet mee
- Voeten verliezen contact: houd druk op de pedalen
- Te vroeg strekken: duwt de fiets omlaag i.p.v. omhoog
Tips:
– Wijsvingers op de remhendels helpt het stuur naar voren duwen en corrigeren.
– Oefen op een lichte helling omhoog (iets meer voorwaartse snelheid is er nodig).
– Bouw op: eerst laag, dan hoger.
Doet je bike niet wat jij wil? Check je BMX-onderhoud voor bandenspanning, remmen en ketting. Een strakke bike leert fijner.

